AOW Leeftijd (1e pijler)

De AOW-leeftijd was tot en met 2012 65 jaar. Vanaf 2013 gaat de AOW-leeftijd in stappen omhoog. In eerste instantie zou de stijging duren tot 2023, maar in het huidige regeerakkoord is afgesproken dat deze versneld omhoog gaat. Volgens de huidige stappen wordt in 2021 de 67-jarige leeftijd bereikt.

Vervolgens wordt de verdere stijging van de AOW-leeftijd gekoppeld aan de geldende levensverwachting. Gaat de levensverwachting omhoog, dan wordt met een formule berekend of de AOW-leeftijd ook omhoog gaat. Gaat de AOW-leeftijd verder omhoog, dan gaat dit in stappen van 3 maanden. Deze verhoging van de AOW-leeftijd wordt 5 jaar voorafgaande aan de verhoging aangekondigd.

Jaarlijks wordt getoetst of op basis van de levensverwachting de AOW-leeftijd dient te stijgen. Aan de hand van deze toetsing is eind 2016 aangekondigd dat de AOW-leeftijd vanaf 2022 67 jaar en 3 maanden zal bedragen. Eind 2017 en eind 2018 is aangegeven dat een verdere stijging niet aan de orde is. Voor 2023 en 2024 blijft de AOW-leeftijd op 67 jaar en 3 maanden. Eind dit jaar zal wederom getoetst worden of de AOW-leeftijd omhoog gaat.

Benieuwd naar uw eigen AOW-leeftijd. Vraag hier onze AOW- en pensioenrichtleeftijd tool op.

Oudedagsverplichting (ODV)

Wat betreft de ODV, deze ingangsdatum is gekoppeld aan de AOW-gerechtigde leeftijd van de ODV-gerechtigde. Dit betekent dus dat voor een groot deel van de DGA’s die hun pensioenverplichting in eigen beheer hebben omgezet in een ODV, de ingangsdatum van deze ODV nog niet vaststaat. Voor personen geboren na 30 september 1957 staat de exacte AOW-leeftijd nog niet vast. Een DGA geboren na 30 september 1957 met een ODV, weet dus nog niet exact wanneer zijn ODV moet ingaan.