We kijken altijd verder Wij maken complexe zaken begrijpelijk

Nieuwsgierig of vragen?

Bent u nieuwsgierig naar onze diensten of heeft u vragen?

Stamrecht/lijfrenten en lage rente

28 augustus 2019 Heeft u een stamrecht of lijfrenteovereenkomst in eigen beheer, dan kan de lage rente ook een rol spelen. Bij deze voorzieningen zijn de volgende perioden van belang:
  • De uitkeringen zijn nog niet ingegaan;
  • Het jaar van ingang van de uitkering;
  • De uitkeringen lopen.

De uitkeringen zijn nog niet ingegaan

De lijfrente of het stamrecht bevindt zich in de oprentingsfase. De jaarlijkse oprenting van de voorziening is afhankelijk van het toegezegde rentepercentage in de lijfrente/stamrechtovereenkomst. In oude overeenkomsten zien wij nog weleens rentepercentages van 5% of hoger voorbijkomen. Let op: deze mag niet worden verlaagd, dat is niet zakelijk! Contract is Contract! In nieuwere overeenkomsten is vaak een koppeling met het U-rendement opgenomen. Bijvoorbeeld:
  • Oprenting met het U-rendement december van het boekjaar;
  • U-rendement december + 0,5%;
  • Gemiddeld U-rendement over het boekjaar.
Is een dergelijke rente overeengekomen, dan kan het gevolg van de huidige lage rente dus zijn, dat er geen oprenting van de voorziening plaatsvindt, maar dat er sprake is van een vrijval. Deze dient verplicht genomen te worden. Partijen dienen zakelijk te handelen. Ook hier geldt: Contract is Contract!

Het jaar van ingang van de uitkering

Kan er in de oprentingsfase afhankelijk van de overeenkomst sprake zijn van een (kleine) vrijval, de lage rente heeft het grootste effect in het jaar van ingang van de uitkering. Met het beschikbare kapitaal dient een uitkering aangekocht te worden. De uitkering dient vastgesteld te worden op “commerciële” grondslagen. Met andere woorden, wat zou een professionele verzekeraar op dit moment bieden. De Belastingdienst hanteert de zogenaamde Benaderde Marktwaarde Methode. Hanteer je deze bij het bepalen van de uitkering, dan heb je over de hoogte van de uitkering geen discussie. De rente die gehanteerd wordt is het U-rendement + 0,5% opslag. Een ingegane lijfrente/stamrecht dient jaarlijks actuarieel gewaardeerd te worden, voor het eerst aan het einde van het boekjaar waarin de uitkering is ingegaan. Op grond van artikel 3.29 Wet Inkomstenbelasting 2001 dient gewaardeerd te worden tegen 4% rekenrente. Aangezien de uitkering is bepaald op basis van de lage rente, gevolgd door waardering aan het einde van het boekjaar tegen 4%, is het gevolg een “forse” vrijval. Een cijfervoorbeeld ter illustratie: Een stamrechtgerechtigde bereikt per 01-10-2019 zijn AOW-gerechtigde leeftijd en wenst zijn stamrecht ondergebracht bij zijn BV te laten ingaan.
  • Beschikbaar kapitaal € 400.000,–;
  • Aankoop van een levenslange uitkering met 70% overgang op zijn partner;
  • Leeftijd partner, 3 jaar jonger dan de uitkeringsgerechtigde;
  • Aankoop uitkering tegen een rekenrente van 0,19% (U-rendement september 2019 + 0,5%);
  • Waardering eind 2019 tegen 4% rekenrente en met leeftijdsterugstelling -5/-6.
Aan te kopen uitkering:
  • € 14.353,– bruto per jaar met 70% overgang.
Verloop van de stamrechtvoorziening:
Stand stamrechtvoorziening 01-10-2019  € 400.000
Af: uitkering € 14.353 (3 maanden)  €     3.588 -/-
 € 396.412
Af: vrijval a.g.v. waarderingseffect  € 164.186 -/-
Stand stamrechtvoorziening 31-12-2019  € 232.226
Als gevolg van de lage rente is er in het jaar van ingang dus sprake van een vrijval van € 164.186,–! Geen compensabele verliezen? Dan zal hierover Vpb verschuldigd zijn!

De uitkering lopen

Jaarlijks zal een actuariële waardering van de ingegane uitkering opgesteld moeten worden. Jaarlijks zal er dan sprake zijn van een dotatie aan de voorziening. Deze dotatie verlaagd jaarlijks de winst van de BV.

Voor de praktijk

Laat in het jaar van ingang de uitkering correct vaststellen, zodat niet achteraf een discussie met de Belastingdienst hierover kan ontstaan.Is de vrijval te voorkomen? Nee, onlangs is er nog een uitspraak van Rechtbank Gelderland geweest, waarin een belanghebbende in het ongelijk werd gesteld bij waardering tegen 3% (belastingjaar 2010). De rechter oordeelde wel dat er sprake was van belastingheffing over niet gerealiseerde winst, maar dit leidde niet tot een individuele en buitensporige last voor de betrokkene. Wellicht dat het oordeel van de rechter thans anders zou uitvallen, gezien het huidige renteniveau?! De vrijval is niet te voorkomen, maar wellicht nog wel uit te stellen. In veel overeenkomsten is de ingangsdata gesteld op 65 jaar. De uiterste ingangsdata van zowel stakingsstamrechten als goudenhanddrukstamrechten liggen door diverse wijzigingen en overgangsrecht inmiddels later.Let op; de uiterste ingangsdata van stakingsstamrechten en goudenhanddrukstamrechten zijn wel verschillend! Wij helpen u graag met het beoordelen van de overeenkomsten en de mogelijkheden van ingang, dan wel uitstel van de uitkeringen. Of uitstel wenselijk is of niet, is uiteraard ook afhankelijk van de inkomenspositie van gerechtigde. Een inkomens/pensioenplanning kan in deze inzicht verschaffen. Wij maken e.e.a. graag inzichtelijk.

Kom in contact!

Triple A – Pensioen Perspectief is een adviesbureau voor werkgevers en ondernemingsraden. Bent u werknemer en heeft u een pensioenvraag? Stel deze aan uw werkgever, pensioenverzekeraar of -fonds.